Vitamine D, algemeen bekend als de 'zonnevitamine', heeft immuunmodulerende effecten en is essentieel voor de darmbarrièrefunctie. Het is ook aangetoond dat het een positieve invloed heeft op darmmotiliteitsstoornissen.
Studies hebben gemeld dat patiënten met chronische functionele constipatie geassocieerd met darmmotiliteitsstoornissen lage vitamine D-spiegels hebben. Verder verergert vitamine D-tekort de symptomen van het prikkelbare darm syndroom.
Constipatie Feiten
Constipatie is wanneer u minder dan drie stoelgangen per week heeft; ontlasting die hard, droog of klonterig is; en/of wanneer u het gevoel heeft dat niet al uw ontlasting is verdwenen nadat u een beweging heeft gehad. De symptomen kunnen pijn in uw buik en rectum zijn.
U kunt verstopt raken als u niet genoeg vezelrijk voedsel eet of niet voldoende water drinkt. Constipatie kan ook worden veroorzaakt door sommige medicijnen en bepaalde gezondheidsproblemen, zoals het prikkelbare darm syndroom. Het kan ook een bijwerking zijn van sommige kankerbehandelingen.
Eet meer vezelrijk voedsel, zoals volle granen (pasta, bruine rijst, quinoa), bonen (nier, zwart, pinto, garbanzo, linzen), fruit (aardbeien, abrikozen, pruimen, pruimen, rozijnen) en groenten (spinazie, broccoli, asperges, pompoen). Voeg deze voedingsmiddelen langzaam toe aan je dieet, zodat je lichaam eraan went. Drink ook minstens 8 tot 10 kopjes (2 tot 2,5 L) vocht per dag, meestal water. Vraag uw zorgverzekeraar hoeveel vezels u elke dag moet eten voor uw leeftijd en geslacht. U kunt ook een bulkvormend laxeermiddel, zoals Metamucil of Citrucel, nemen onder toezicht van uw arts.
Vitamine D-rol
Vitamine D is een in vet oplosbare vitamine die het lichaam helpt calcium uit de darmen op te nemen en is essentieel voor het behoud van een gezonde botdichtheid en het voorkomen van osteoporose. Het speelt ook een rol bij het reguleren van de stemming en het bevorderen van de darmmotiliteit.
Studies hebben aangetoond dat mensen met constipatie lagere niveaus van 25-hydroxyvitamine D hebben dan mensen zonder constipatie. De relatie tussen vitamine D en constipatie is echter gecompliceerd. Sommige mensen met constipatie hebben een laag vitamine D-gehalte vanwege onderliggende gezondheidsproblemen. In andere gevallen kunnen mensen die bepaalde medicijnen gebruiken een laag vitamine D-gehalte hebben. Langdurig gebruik van steroïde geneesmiddelen kan bijvoorbeeld de calciumopname verminderen en het vermogen van het lichaam om vitamine D te verwerken vertragen. Stimulerende laxeermiddelen kunnen ook de opname van vitamine D beïnvloeden.
Hoewel er meer onderzoek nodig is om het verband tussen vitamine D en constipatie te begrijpen, hebben sommige onderzoeken aangetoond dat voedingssuppletie met vitamine D de darmgezondheid verbetert bij mensen met gastro-intestinale stoornissen zoals het prikkelbare darm syndroom. De onderzoekers speculeren dat dit komt omdat vitamine D ontstekingen bij deze patiënten vermindert, wat vervolgens de symptomen van constipatie kan voorkomen. Er is echter meer gericht onderzoek nodig om erachter te komen of vitamine D specifiek kan helpen bij de constipatiesymptomen van PDS. Dit omvat het kijken naar hoe vitamine D-supplementen de darmmicrobiota en de darmbarrièrefunctie beïnvloeden.
Gezondheidstips
Als constipatie een probleem voor u is, zorg er dan voor dat u regelmatig stoelgang heeft en veel vezels eet. Je moet ook de hele dag door veel vloeistoffen drinken (zoals water of ongezoete thee en koffie). U kunt ook een laxeermiddel of ontlastingverzachter gebruiken, maar u mag dit alleen doen onder toezicht van uw arts.
Als vitaminesupplementen constipatie veroorzaken, neem dan contact op met uw zorgverlener. Hij of zij kan een ander type supplement of een lagere dosis aanbevelen. Meer drinken, een vezelrijk dieet volgen en regelmatig sporten kan helpen.
Om de vezels te stimuleren, kiest u volkoren brood en crackers, bruine rijst, havermout, tarwezemelen, granen en bonen (met de schil erop). Kies fruit met eetbare schil zoals bessen, druiven, abrikozen, peren, pruimen en appels. Voeg meer groenten toe, zoals asperges, pompoen en maïs. Eet mager vlees zoals kip, kalkoen en vis. Vermijd voedingsmiddelen met veel vet, zoals boter, bakvet en vette zuivelproducten. Als u moeite heeft om meer vezels in uw dieet op te nemen, probeer het dan geleidelijk te verhogen gedurende vijf dagen. Dit helpt een opgeblazen gevoel en gasvorming te voorkomen. Praat met uw zorgverzekeraar over uw dagelijkse vezelbehoeften, aangezien deze variëren per leeftijd en geslacht. U kunt ook een geregistreerde diëtist-voedingsdeskundige (RDN) vinden die u kan helpen bij het ontwikkelen van een eetplan dat aan uw doelen voldoet.